Het werkelijk bezit aan grond van het kapittel

Het werkelijk bezit aan grond kunnen we berekenen uit de gegevens van de landpacht: land in eigendom van het kapittel dat telkens voor een bepaalde periode (van meestal 6 jaar) werd verpacht.

Daarbij dienen we wel in het oog te houden dat een deel van dit verpachte grondbezit eigenlijk leengoed was, tegenover het "bezit" waarvan verplichtingen stonden ten opzichte van de landsheer als Heer van Born. Het gaat om drie Bornse lenen, namelijk twee grote lenen:

en het kleine leen: Totaal dus ca 27600 roeden, wat 43,3% blijkt te zijn van het totaal in landpacht uitgegeven land, (dus een erg hoog percentage!). Overigens werden de leengoederen niet als ??n stuk maar verdeeld, dus per perceel, verpacht.

Aan de hand van de registers van rond 1780 is een exact overzicht te maken van het landbezit uitgegeven in landpacht. De landpachtregisters geven telkens een aantal vaste rubrieken naar plaatsen. Hieronder een overzicht van het grondbezit:
plaatsaantal percelen oppervl. in roedenoppervl. in bunders
Limbricht153667,509,169
G.O.B.B.63245,758,114
Sittard3716247,0040,618
Leijenbroek2517102,5042,756
Broeksittard138024,0020,060
Wehr103483,008,708
S?sterseel1429,001,073
Munstergeleen2711600,5029,001
totaal13463799,25159,50
G.O.B.B. = Guttecoven, Obbicht, Buchten en Born. Leijenbroek: inclusief de Kollenberg.

Het totaal van 159,5 bunder is omgerekend 130,8 ha.


Volgende: Pachtopbrengst van de kapittelbezittingen
Vorige: Landpacht als inkomstenbron
Overzicht: Tiendschuur

Andere verhalen over dit onderwerp:Periode 1677, Handel en Economie.